Veelgestelde vragen onderhandelaarsakkoord politie-cao 2021

Update veelgestelde vragen 8 juni:

Wat blijft er netto over van de eenmalige uitkering van € 700 bruto?

Voor politiemensen met een jaarloon tot € 68.507 blijft er van de eenmalige uitkering van € 700 een bedrag van € 440 over. Voor collega’s met een hoger inkomen komt het resterende bedrag uit op € 354. Het bijzondere belastingtarief dat bij de uitbetaling wordt gehanteerd ligt weliswaar voor de meeste collega’s tussen de 40 en 50 procent, maar bij de uiteindelijke fiscale afrekening (in 2022) moet voor hen een heffingspercentage van 37,10 procent uit de bus komen.

Voor alle duidelijkheid: bij de uitbetaling in augustus 2021 blijft er van de eenmalige uitkering ongeveer 50 tot 60 procent over, aangezien de werkgever verplicht is het hogere belastingtarief voor bijzondere beloningen toe te passen. In tweede instantie (bij de belastingaangifte in 2022) wordt te veel betaalde belasting door de Belastingdienst verrekend bij het vaststellen van het bedrag dat je aan loonbelasting verschuldigd bent.

Het bijzondere belastingtarief voor bijzondere beloningen hangt af van je jaarloon in het voorafgaande fiscale jaar. Voor 2021 gelden de volgende tabellen.

Eenmalige uitkeringen – Bijzonder en normaal belastingtarief

Jaarloon (fiscale loon 2020) Bijzonder tarief € 700 na aftrek
€ 8.725 — € 10.917 32,52 procent € 472
€ 10.917 — € 20.219 8,33 procent € 642
€ 20.219 — € 21.044 34,44 procent € 459
€ 21.04 — € 35.653 40,41 procent 417
€ 35.653 — € 68.508 49,08 procent 356
€ 68.508 — € 114.194 57,50 procent € 298
Meer dan € 114.194 49,50 procent € 354
Jaarloon (fiscale loon 2021) Normaal tarief € 700 na aftrek
Tot € 68.507 37,10 procent 440
Meer dan € 68.507 49,50 procent € 354

Is een eenmalige uitkering van € 700 bruto en € 50 netto voldoende om het uitblijven van de loonsverhoging met 1,3 procent tot 1 juli te compenseren?

Bij het maximumbedrag in schaal 6 gaat het om een salarisstijging van € 41 per maand. Berekend over de eerste zes maanden van 2021 is de schade € 246 bruto/ € 155 netto.

Bij het maximumbedrag in schaal 7 gaat het om een salarisstijging € 44,50 per maand. Berekend over de eerste zes maanden van 2021 is de schade € 267 bruto/€ 168 netto.

Bij het maximumbedrag in schaal 8 gaat het om een salarisstijging van € 50,50 per maand. Berekend over de eerste zes maanden van 2021 is de schade € 303 bruto/€ 190 netto.

Kortom: een eenmalige uitkering van € 700 bruto – voor de meeste politiemedewerkers € 440 netto – en € 50 netto is meer dan genoeg om de zes maanden misgelopen salarisstijging van 1,3 procent te compenseren. Het bedrag is dan ook tevens bedoeld als tegemoetkoming voor het werken in coronatijd en het vooralsnog uitblijven van een thuiswerkvergoeding.

Wat moet ik me voorstellen bij een voucher te besteden aan vitaliteit en fitheid?

Op basis van het landelijk pensioenakkoord uit 2019 kunnen beroepssectoren bij het ministerie van Sociale Zaken een subsidie aanvragen voor maatregelen ter bevordering van de duurzame inzetbaarheid van medewerkers. De werkgever en de bonden binnen de politiesector hebben afgesproken een aanvraag te doen en de eventueel toegekende subsidie te gebruiken om medewerkers in de jaren 2021 en 2022 een fitheidsvoucher te verstrekken die ze kunnen besteden aan vooraf bepaalde diensten en producten. Gedacht wordt aan een uitgebreid pakket aan sportartikelen en -activiteiten of workshops/cursussen.

De exacte waarde van de fitheidsvouchers in 2021 en 2022 is nog niet bekend, want die hangen af van de uiteindelijke subsidietoekenning. Vanaf 2023 wordt de voucher onafhankelijk van subsidietoekenning toegekend; hij krijgt dan om te beginnen een waarde van 100 euro netto. De waarde van de voucher groeit vervolgens jaarlijks mee met de structurele verhoging van de politiesalarissen (indexatie).

De fitheidsvoucher moet niet verward worden met de huidige mogelijkheid om een fitnessabonnement fiscaal uit te ruilen op grond van de RAP. Deze mogelijkheid blijft bestaan. Zie artikel 3 lid 3 onder g van de RAP

——————————

Veelgestelde vragen 1 juni:

Wat voor inkomensverbeteringen zijn er concreet afgesproken?

  • Een structurele loonsverhoging van 1,3 procent vanaf 1 juli 2021
  • Een eenmalige uitkering van € 700 bruto in augustus 2021 (telt mee voor je pensioenopbouw)
  • Een eenmalige uitkering van € 50 netto in augustus 2021 (telt mee voor je pensioenopbouw)

De eenmalige uitkeringen vormen samen een thuisvergoeding. Deze is bedoeld als

  • blijk van waardering voor de inzet en belasting van politiemensen en ook hun thuisfront tijdens de coronacrisis;
  • compensatie voor het nu nog ontbreken van een vergoedingsregeling voor kosten in verband met thuiswerken;
  • overbrugging van de periode tussen 1 januari 2021 en de verhoging van de salarissen van politieambtenaren vanaf 1 juli 2021.

Wat is het verschil met het loonbod van december?

In december 2020 was het loonbod van de werkgever een structurele salarisverhoging met 1,1 procent vanaf juli 2021 en met 0,2 procent vanaf januari 2022. Daarnaast bood de werkgever twee eenmalige uitkeringen van telkens € 300 bruto in januari 2021 en in januari 2022. Dit aanbod zou dan gelden voor een cao met een looptijd van anderhalf jaar (achttien maanden).

Het bod dat nu op tafel ligt is een structurele loonsverhoging van 1,3 procent vanaf juli 2021 en een eenmalige uitkering in augustus van € 750, waarvan € 50 netto beschikbaar komt. De loonsverhoging is dus voorzien over een kortere periode: één jaar in plaats van anderhalf jaar en zij komt eerder volledig tot uitkering – een winst van 0,2 procent. Daarnaast is het bedrag aan eenmalige uitkeringen verhoogd van € 300 voor 2021 naar € 750 voor 2021 – een winst van € 450 euro.

Waarom is een deel van de eenmalige uitkeringen netto?

Dat is het gevolg van de financiering van dat bedrag uit de werkkostenregeling. Op basis van deze WKR kunnen werkgevers een percentage van de fiscale loonsom belastingvrij besteden aan vergoedingen en verstrekkingen aan hun personeel.

Op welke eenmalige uitkeringen heeft een deeltijdwerker recht?

De eenmalige uitkeringen van € 700 bruto en € 50 netto gelden bij een dienstverband van 36 uur. Werk je minder uren, dan krijg je een evenredig lager bedrag uitgekeerd.

Krijg ik de eenmalige uitkering ook als ik voor augustus 2021 met ontslag ga?

De eenmalige uitkering van € 750 is van toepassing voor de collega’s die op 1 januari EN op 1 juli 2021 in dienst zijn van het korps. Ben je slechts op één van deze data in dienst, dan bedraagt het bruto deel € 350 en het netto deel € 25.

Gelden de eenmalige uitkeringen ook als ik met levensloopverlof ben?

De eenmalige uitkeringen worden ook verstrekt aan collega’s die op 1 januari of 1 juli 2021 met levensloopverlof waren of zijn. Hetzelfde geldt voor medewerkers die op beide of een van beide data met ouderschapsverlof, geboorteverlof of calamiteitenverlof waren of zijn.

Je hebt geen aanspraak op de eenmalige uitkeringen als je op beide of een van beide data met politiek of onbetaald verlof was of bent. Bijlage 1 van het onderhandelaarsakkoord biedt een overzicht van verlofsituaties en de aanspraak op de eenmalige uitkeringen die daarbij geldt.

Sinds 1 januari 2021 maak ik gebruik van de RVU (Regeling vervroegde uittreding). Heb ik recht op de eenmalige uitkeringen?

Vanaf het moment dat je RVU ingaat ben je met ontslag en niet meer in dienst van de politie. Als gewezen ambtenaar heb je geen aanspraak de eenmalige uitkeringen.

Ik heb een arbeidsongeschiktheidsuitkering op grond van de WAO of WIA. Heb ik recht op de eenmalige uitkeringen?

Ontvang je een WAO-uitkering, dan biedt het korps je de optie om van uitbetaling van de eenmalige uitkering van € 700 bruto af te zien. Er is geen algemeen advies te geven over nut en noodzaak daarvan. De (financiële) gevolgen van uitbetaling zijn afhankelijk van iemands individuele situatie. Naast een korting op je WAO-uitkering kan uitbetaling van de eenmalige uitkering ook gevolgen hebben voor je invaliditeitspensioen of herplaatsingstoelage.

Ontvang je een WIA-uitkering, dan wordt die bij het binnenkomen van de eenmalige uitkeringen eenmalig verlaagd. Je houdt dan ongeveer een derde van het extra bedrag over.

Deze gevolgen van de inrichting van ons sociale zekerheidsstelsel zijn niet te omzeilen door de eenmalige uitkeringen voor groepen onder de werkkostenregeling te brengen. De uitkeringen zijn op grond van de cao voor alle medewerkers geregeld en daarin mag vervolgens geen onderscheid meer worden gemaakt.

Waarom is er geen afspraak gemaakt over een thuiswerkvergoeding nu thuiswerken voor veel collega’s gebruik is geworden?

De eenmalige uitkeringen zijn deels bedoeld als compensatie voor het nog niet tijdig regelen van een tegemoetkoming in de extra kosten van de collega’s die in 2021 (extra) thuis hebben moeten werken. In de tweede helft van 2021 zal bij de onderhandelingen over een nieuwe reisregeling nader worden gesproken over een structurele thuiswerkvergoeding vanaf 2022.

Waarom is ervoor gekozen de eindejaarsuitkering voortaan in november uit te betalen?

Sinds het bestaan van de eindejaarsuitkering wordt deze in december uitbetaald. Veel leden lieten de bonden weten dit bedrag graag eerder in het jaar te willen ontvangen omdat december over het algemeen een dure maand is. De werkgever bleek bereid aan deze wens tegemoet te komen en de eindejaarsuitkering voortaan een maand eerder uit te betalen.

Aangezien in november 2021 nog geen jaar voorbij is sinds de verstrekking van de eindejaarsuitkering in december 2020 wordt dan eenmalig elf twaalfde deel uitbetaald. In november 2022 wordt dan weer een volledige eindejaarsuitkering uitbetaald.

De afspraak dat je je opgebouwde OVW-periodieken behoudt bij overstap naar een lager ingeschaalde functie is toch logisch?

Dat zijn de bonden helemaal met je eens. Alleen was dat nog niet zo geregeld in de rechtspositie. De OVW-periodieken horen niet bij de salarisschaal van de functie die je hebt. Om die reden worden ze niet meegerekend als je overstapt naar een lagere functie en de inschaling opnieuw bekeken moet worden. Voortaan zal dat dus wel het geval zijn.

Als voorbeeld: een collega wil een stap terug doen van senior observant naar generalist observant. Beide functies kennen OVW. Gevolg is nu nog dat deze collega teruggaat van de maximale OVW-periodiek bij schaal 8 naar de ‘gewone schaal’ 7. Daarbij raakt hij zijn OVW kwijt en moet hij die opnieuw opbouwen. Hij duikelt dus van trede 14 van schaal 9 naar trede 14 van schaal 7. Door deze cao-afspraak komt de collega voortaan op trede 14 in schaal 8.

Waarom krijgen de medewerkers in de schalen 12, 13 en 14 aanspraak op de verschuivingsvergoeding?

Ten tijde van de vorming van de Nationale Politie en de invoering van het nieuwe Landelijk Functiegebouw Nederlandse Politie (LFNP) zijn wel nieuwe rechtspositionele afspraken gemaakt over de toelagen en vergoedingen voor de strategische top (schaal 15 en hoger), maar niet over die van de medewerkers in schaal 12, 13 en 14. Afgesproken was dat hun secundaire arbeidsvoorwaarden op een later moment nader zouden worden bekeken en waar nodig aangepast. Door deze afspraak wordt daar nu eindelijk invulling aan gegeven.

Waarom krijgen de medewerkers in de schalen 13 en 14 op de ME-vergoeding?

Ten tijde van de vorming van de Nationale Politie en de invoering van het nieuwe Landelijk Functiegebouw Nederlandse Politie (LFNP) zijn nieuwe rechtspositionele afspraken gemaakt over de toelagen en vergoedingen voor de strategische top (schaal 15 en hoger). Er is toen afgesproken dat de gevolgen van deze ontwikkelingen voor de arbeidsvoorwaarden van de medewerkers in schaal 12/13/14 op een later moment nader zouden worden bekeken en waar nodig aangepast. Door deze afspraak wordt daar nu eindelijk invulling aan gegeven.

Wat verandert er bij het uitruilen van je vakbondscontributie op basis van de RAP?

Op basis van de Regeling ruilmogelijkheden arbeidsvoorwaarden politie (RAP) kun je je vakbondscontributie één keer per jaar fiscaal vriendelijk laten verrekenen met je salaris. Dat moet je dan wel elk jaar voor december aankaarten in Youforce. Dat laatste wordt nog wel eens vergeten en is administratief omslachtig. Daarom is afgesproken dat je vanaf 2022 eenmalig de keuze kunt maken en het daarna niet jaarlijks opnieuw hoeft aan te vragen. Het aanvraagproces wordt dus gemakkelijker. Een reden om niet te kiezen voor uitruil kan zijn dat daardoor je dagloon voor de WW of WIA (iets) lager uitvalt als je daarmee te maken krijgt.

Waarom komt er een beloningsonderzoek voor alleen bijzondere groepen?

Voor meerdere groepen medewerkers binnen de politie – zoals de collega’s van de Dienst Speciale Interventies en de afdeling Werken Onder Dekmantel – zijn in de loop der tijd voorzieningen getroffen in de vorm van specifieke vergoedingen of toelagen voor het werken onder bijzondere omstandigheden. Om rechtsongelijkheid tussen groepen te voorkomen is afgesproken dat er een uniform beoordelingskader wordt opgesteld waaraan verzoeken om specifieke vergoedingen voortaan getoetst kunnen worden.

Wat houdt indexering van de overwerktoeslag in?

De extra toeslag voor overwerk bedraagt € 6 per uur en is al jaren niet gewijzigd. Net als bij de OT en consignatievergoeding zal deze toeslag voortaan verhoogd worden met de verhoging van het primaire salaris. Als per juli 2021 de salarissen worden verhoogd met 1,3 procent werkt dat ook door in de overwerktoeslag. Die wordt dan € 6,08 per uur overwerk.

Kan ik mijn overuren straks weer in geld laten uitkeren in plaats van in LFU?

Dat klopt. Het onderhandelaarsakkoord bevat de afspraak om de vergoeding voor overuren weer naar keuze van de medewerker te laten vergoeden in geld of in verlof dat naar de LFU gaat. De medewerker krijgt weer regie over hoe hij de overuren het liefst gecompenseerd ziet.

Wat is er afgesproken over de aanschaf van een fiets/e-bike voor woon-werkverkeer?

Om het woon-werkverkeer per fiets of e-bike te stimuleren wordt vanaf 2022 de ruimte voor het belastingvrij aanschaffen daarvan verhoogd tot maximaal € 1.500. Dit bedrag is ook beschikbaar voor private lease. De fiets mag voortaan eens in de vijf jaar worden aangeschaft in plaats van eens in de drie jaar. De fiets moet nog steeds voor 50 procent voor woon-werkverkeer worden gebruikt.

Waarom is er een werkgroep nodig voor het uitwerken van loopbaanafspraken uit de vorige cao?

Een aantal loopbaanafspraken is de afgelopen jaren nog niet in beleid omgezet of naar behoren uitgevoerd. Daarom gaat de werkgroep Ontwikkeling onder directe aansturing van het CGOP – het hoogste overlegorgaan op arbeidsvoorwaardengebied binnen de politiesector – deze afspraken alsnog oppakken. De voortgang wordt periodiek met de minister persoonlijk besproken door de bonden. Waar nodig wordt snel geëscaleerd door op hoger niveau knopen door te hakken, discussies te beslechten en uitvoeringsproblemen op te lossen.

Waarom een onderzoek naar interne vacaturevervulling?

De regels voor interne vacaturevervulling zijn vastgelegd in het wervings- en selectiebeleid. Maar zorgen deze voor goede uitkomsten en vooral: kan het eenvoudiger? Krijgen interne kandidaten een eerlijke kans ten opzichte van externe sollicitanten? Hoe kun je het beste geschiktheid beoordelen? Doel van het onderzoek is om antwoord te krijgen op dit soort vragen. Daarna kan het systeem verbeterd worden.

Wat is er afgesproken over doorstroommogelijkheden voor de huidige assistenten met een basispolitieopleiding N2 of een daaraan gelijkgestelde opleiding?

Door de krappe opleidingscapaciteit bij de Politieacademie kunnen collega’s met het N2-politiediploma daar de komende tijd geen doorstroomopleiding volgen. Werkgever en bonden hebben afspraken gemaakt over deze medewerkers toch uitzicht te geven op loopbaanstappen binnen de politie. Elke collega krijgt de mogelijkheid om zich aan te melden voor een kwalificatietraject dat opleidt voor de medewerkersfunctie in schaal 6.

Voor wie geldt deze afspraak?

Deze afspraak geldt voor de assistenten met een niveau 2 politieopleiding of een daarmee gelijkgesteld (ouder) diploma. Voor assistenten met een ATH-BOA-certificaat geldt dat er – net als voor andere collega’s met of zonder basispolitiediploma – ook loopbaanstappen mogelijk moeten zijn. Om dit voor elkaar te krijgen is afgesproken dat een werkgroep onder directe aansturing van het CGOP al bestaande afspraken over doorstroom naar hogere functies en loopbaanpaden gaat uitwerken.

Aan welke eisen moet je voldoen om het kwalificatietraject te kunnen volgen?

Er is een selectieproces met in ieder geval de stabiliteitstoets. Dit moet uitwijzen of je in staat bent het kwalificatietraject met succes te doorlopen.

Welke stap zet je na het volgen van het kwalificatietraject?

Het succesvol doorlopen van het kwalificatietraject levert je een getuigschrift op – geen politiediploma, want die mag volgens de wet alleen worden verstrekt na het voltooien van de officiële politieopleiding – en een aanstelling als medewerker GGP (agent). Na drie jaar werken en voldoende functioneren als medewerker GGP (agent) volgt dan een aanstelling in de functie generalist GGP (hoofdagent).

Wat heb je aan het getuigschrift?

Het getuigschrift biedt net als een politiediploma toegang tot voortgezet politieonderwijs (VPO) passend bij de functies medewerker GGP en generalist GGP. Ben je eenmaal aan de slag als hoofdagent, dan krijg je ook de kans om deel te nemen aan een kwalificatietraject op MBO 4-niveau. Doorstromen naar een seniorfunctie is echter pas mogelijk nadat je negen jaar ervaring als generalist hebt opgedaan – en uiteraard bij voldoende functioneren.

Waarom komt er een nieuw vakgebied Ondersteuning van de politietaak?

Tot op heden verricht een groot aantal medewerkers verspreid over de organisatie werkzaamheden op basis van een ATH-BOA-certificaat of een executieve aanstelling met specifieke inzet. Om dit beter te organiseren worden deze functies samengebracht in een nieuw vakgebied. Het biedt ook een kans om de door de bonden vurig gewenste AOPV als vervanger voor de BOA-certificering te realiseren.

Ik heb nu een ATH-BOA aanstelling of executieve aanstelling met specifieke inzet. Verandert er iets voor mij?

Nee, je houdt wat je nu hebt. Pas als je zelf stappen richting een andere functie zet, kan het zijn dat je wordt aangesteld in het nieuwe vakgebied. Of dit gevolgen kan hebben voor opgebouwde rechten zoals OVW-periodieken moet nog worden uitgewerkt.

Wat verandert er precies aan de modaliteitenregeling?

Je kunt voortaan op ieder moment in het jaar een (nieuwe) modaliteit (werktijdpatroon) aanvragen voor de duur van een jaar. Leidinggevenden moeten dan binnen zes weken een besluit nemen. Deze termijn kan één keer met zes weken worden verlengd. Is er dan nog geen besluit genomen, dan wordt de aanvraag automatisch gehonoreerd.

Net zoals nu heeft een modaliteit een geldigheidsduur van een jaar en wordt ze stilzwijgend verlengd tenzij de werkgever of de medewerker behoefte heeft aan aanpassing. De leidinggevende kan pas besluiten dat hij een modaliteit niet wil toekennen of verlengen als hij daarvoor eerst advies heeft ingewonnen bij de Modaliteitencommissie.